REPORTAGE  
Riorama 42 – juni 2023

Vijf productie-eenheden wereldwijd beschikken over BENOR-certificaat voor producten in gres

Voor riolering en de afvoer van afvalwater kunnen gresbuizen vaak nuttige diensten bewijzen. Ook andere hulpstukken uit gebakken klei komen daarbij goed van pas, op voorwaarde dat ze eveneens BENOR-gecertificeerd zijn. Het is COPRO dat instaat voor de controle en de certificatie van dergelijke producten. Certification Manager Koen Van Daele legt uit waaraan producten in gres zoal moeten voldoen.

Door Bart Vancauwenberghe

“In Vlaanderen is Standaardbestek 250 (SB 250) bepalend voor talrijke bouwproducten”, verduidelijkt Koen Van Daele. “Hoofdstuk 3 uit dat bestek spreekt zich uit over het keurmerk. Voor gresbuizen is dat het BENOR-merk. COPRO waakt erover dat de producenten van dergelijke producten voldoen aan de certificatie-eisen.”

Europese normering cruciaal

De onpartijdige keurings- en certificatie-instelling baseert zich hiervoor op het algemeen certificatiereglement CRC 01 BENOR (dat van toepassing is voor alle door COPRO BENOR-gecertificeerde producten), een specifiek toepassingsreglement (in dit geval TRA 95) en een aantal technische voorschriften, die zich baseren op de Europese normering. “Bij gresbuizen is die Europese norm EN 295 deel 1, 4, 6 en 7. Daarop zijn de delen 1, 4, 6 en 7 van de PTV 895 gebaseerd. Die delen gaan respectievelijk over buizen, bochten en aftakkingen (Deel 1), adapters en afdichtingen om koppelingen waterdicht te maken (Deel 4), inspectiekamers en controleputjes (Deel 6) en doorpersbuizen (Deel 7).”

De BENOR-certificatie wordt verleend aan productie-eenheden. “Momenteel zijn er wereldwijd vijf productie-eenheden die het certificaat hebben verdiend”, vervolgt Koen Van Daele. “Dat zijn de vestiging in Caïro van Eurosweillem en de 4 productie-eenheden van Steinzeug-Keramo (in Hasselt, het Verenigd Koninkrijk, Duitsland en Saudi-Arabië). Twee keer per jaar trekken wij naar elk van die vestigingen om er de BENOR-inspecties uit te voeren. Voor elk gecertificeerd product beschikt de productie-eenheid over een door COPRO gevalideerde technische fiche. Deze technische fiche is publiek raadpleegbaar via het Extranet van COPRO.”

Sectorale commissie

De inhoud van het toepassingsreglement en de technische voorschriften worden regelmatig besproken in een Sectorale Commissie, waar vertegenwoordigers van zowel COPRO, de producenten als de besturen/gebruikers (bijvoorbeeld Aquafin of FARYS) deel van uitmaken. “Hier kunnen de gebruikers bepalen of ze in de PTV en/of het TRA nog extra eisen aan de producten opleggen. Voor gresbuizen gaat het dan bijvoorbeeld over de chemische weerstand en de slijtvastheid, terwijl producenten aan de commissie variaties op bepaalde karakteristieken kunnen voorleggen. Deze voorstellen worden besproken in de Commissie en eenmaal goedgekeurd, kunnen de betreffende technische fiches worden aangepast en kan het product onder het BENOR-merk worden geproduceerd.”

De producenten staan ook in voor de kwaliteit van de afdichting van de verbinding. De afdichting op het gres product kan worden gerealiseerd uit elastomeer of polyurethaan. “De eigenschappen voor het elastomeer zelf zijn deze uit PTV 832-1, voor polyurethaan is dat PTV 895-1. Tijdens onze inspecties verifiëren wij of de producent heeft gecontroleerd dat aan deze technische voorschriften is voldaan.”

Producten in gres zijn interessant voor gebruik in afvalwatertoepassingen. “Als ze goed geplaatst zijn, is de levenscyclus van dit product heel hoog. Bovendien gaat het om een volledig recycleerbaar product. Eventuele overschotten van de productieprocessen kunnen opnieuw worden ingezet in de fabricage. Dat duurzaam karakter is een van de grote troeven van dit product”, besluit Koen Van Daele.